Lekker
Zo'n dertig jaar geleden was ik met
familie in Noorwegen. We reden door een vallei waar duidelijk veel fruit
groeide. Langs de weg stonden tal van tafeltjes met appels, peren, pruimen.
Als echte stadsmensen begrepen we dat niet. Tóén al niet! We stopten bij
een tafeltje en zagen dat er ook een prijslijst lag. Maar dat niet alleen.
Er stond een schaal met geld. Munten en papiergeld. Een steen erop tegen
wegwaaien! We keken er verbaasd naar. Wie deed zoiets? Hoe durfden ze? We
kochten wat appels, legden geld in de schaal en reden verbluft door. Dat
zouden ze bij ons in de stad eens moeten doen, dachten we. Wedden dat er 's
avonds geen kroon meer in zat. Nou ja, cent dan, bij ons.
Zo'n tien jaar geleden was ik er weer.
Nog steeds stonden de tafeltjes er. Nog steeds de prijslijst. Maar de
schaal was overal vervangen door een bus die op slot en vast zat. Wisselen
kon niet meer. Je moest gepast betalen. Ze hadden geleerd! Vermoedelijk van
toeristen met lange vingers. Het stemde me bedroefd. Dat de Noren, die
altijd zo vriendelijk en hulpvaardig zijn tegenover buitenlanders, daar
zelf de dupe van geworden waren en waarschijnlijk flink leergeld hadden
betaald.
Maar ja, zo is onze wereld veranderd.
Niemand is tegenwoordig nog te vertrouwen. Ook ik niet. Laatst stopte ik,
overdag, op een grote parkeerplaats om even naar het toilet te gaan. Ik zag
dat de auto achter mij de lichten nog aan had, maar een koplamp was kapot.
Dus ik liep op hem af. De bestuurder deed argwanend het raampje op een kier
van één centimeter open, zodat hij me wel kon verstaan, maar ik hem niets
aan kon doen. Triest! Intriest, vind ik dat.
Maar er zijn ook leuke dingen te melden.
Op dit moment zet ik mijn tanden in een boterham besmeerd met rodebessenjam.
Gemaakt van vers geplukte bessen die vast nooit bespoten werden. Op zich
dus al ontzettend lekker, maar aan deze jam zit ook nog een bijsmaakje. Een
heerlijk bijsmaakje.
Ik kocht deze jam langs de kant van de
weg bij mij in de buurt! Er stond een parasol met een tafeltje. Op het
tafeltje potjes jam. Ik koos het kleinste potje, want veel jam eet ik niet
in mijn eentje. Veertig cent, stond erop. Veertig cent. Bijna voor niets,
maar ik had geen veertig cent. Alleen een euro. Daar was echter rekening
mee gehouden. In een bakje lag kleingeld waar ik mijn euro in deed en het
wisselgeld zelf uit kon halen.
Het was niet de eerste keer dat ik daar
wat zag staan. Vorig jaar kocht ik er kersen, dit voorjaar weer. Nu dus
jam. Ik hoop dat het vertrouwen van deze mensen nooit beschaamd wordt, want
wat is het heerlijk om op deze manier fruit en jam te kopen! En wat smaakt
een boterham belegd met vertrouwen ongelooflijk lekker en duidelijk naar
meer!
Hoewel (en ik hoop dat ze dit lezen) ik
persoonlijk kersenjam nóg lekkerder zou vinden.
6 augustus 2008
Terug
|