Terug

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Uitgebloeid

Gisteren was het de mooiste dag van het jaar. Schitterend weer, een heerlijke temperatuur  – én voorjaar! Natuurlijk zullen er van de zomer nog meer mooie dagen komen, maar niets haalt het bij het voorjaar. Even wenste ik dat ik schilder was, om al die tere, fragiele kleuren vast te kunnen leggen. Kleuren die laten zien dat alles weer nieuw en fris is, dat de natuur telkens maar weer uitloopt en levend is, ondanks dat alles er eerst doods uitzag. Het zachte groen van de boomblaadjes die nog niet volgroeid zijn. Het geel van de forsythia die haar laatste bloemen toont. Het roze en rood van de ribes. Het crème van de magnolia. Het iele wit van de krentenbloesem en het helderwit van de pruimenboom. Daar bovenuit het roze van de inmiddels vele meters hoge Japanse kers. Het frisse groen van het nog ongemaaide gras, vol met heldergele paardenbloemen en bleke zachtlila pinksterbloemen. Het broze groen van de lelietjes-van-dalen die voorzichtig uit de aarde komen om ook straks weer te gaan bloeien én geuren. En dat alles beschenen door een stralendwarme zon.

Ja, ik wenste dat ik schilder was. Maar dan wel een snelschilder. Zo eentje die in Parijs op de Montmartre zit, of in Spanje langs de Middellandse Zee. Iemand die in tien minuten een heel portret tekent. Want helaas moet je wel zo snel zijn om al die voorjaarskleuren vast te kunnen leggen.

Vannacht heeft het geregend en vanmorgen was er geen zon, wel wind. Mijn oprit, die uit een soort van roze puin bestaat, is nu bedekt met een laagje wit van de krentenbloesem en morgen zal het groene grasveld roze zijn van de Japanse kers. Want dan is alles wat gisteren de dag zo adembenemend mooi maakte, alweer uitgebloeid.

Gelukkig heb ik dan de lelietjes nog voor de boeg, want je hebt nu eenmaal vroegbloeiers en laatbloeiers. Zo zijn de sneeuwklokjes alweer weg, net als de krokussen en de narcissen. Maar de lelietjes komen dus nog, net als de jasmijn, de akelei, het fluitenkruid en de boterbloem.

Toch was ik vanmorgen even verdrietig toen ik mijn witte oprit zag. Ondanks wat de natuur nog voor me in petto heeft. Het duurt allemaal zo kort. Tot ik doorhad, dat ik zelf veel langer bloei. Weliswaar een laatbloeier, vind ik, want ik ben er pas laat achter gekomen hoe ik het beste bloei – namelijk door het schrijven van een boek – maar ik bloei niet alleen in het voorjaar. Nee, ik bloei het hele jaar alsmaar door en telkens weer. Dus heb ik eigenlijk alleen maar reden om blij en gelukkig te zijn. Zolang ik niet in de spiegel kijk naar dat gezicht dat steeds meer rimpels krijgt en dat haar dat steeds grijzer wordt. Uitgebloeid ...? Welnee, nog lang niet! Morgen begin ik gewoon aan het schrijven van een nieuw boek en als zelfs de herfstasters buiten zijn uitgebloeid, ben ik nog volop in bloei. Minder teer gekleurd dan de natuur in het voorjaar, maar wél het hele jaar.

 

30 april 2010

 

Terug