Terug
|
Vlug
Als mijn jongste zoon, die bij mij in
het dorp woont, thuis speelt met voetbal, ga ik altijd even naar de tweede
helft kijken. Zo ook vandaag. En, gewoontegetrouw, was ik weer te laat. Dat
schijnt toch wel een probleem voor mij te zijn – om ergens op tijd te zijn.
Vaak is het slechts een kwestie van minuten en merkt niemand het als de
reis een half uur of langer duurt, maar als het maar drie minuten met de
auto is van mijn huis naar het voetbalveld, is een minuut te laat
vertrekken toch wel vijf minuten te veel. Vandaag werden het er zelfs tien!
Ik sprong vlug mijn auto in, reed vlug
over het pad richting dorp, maar juist toen ik de weg op wilde, zag ik het.
Een grote mensenmassa die zich te voet over de weg begaf. Ik wist meteen
wat het was. Een begrafenisstoet. Ik wist ook dat ik tot het einde van de
weg achter hen aan moest rijden, al was er ruimte genoeg om er via een
parallelweg vlug langs te schieten en ze voor te komen. Maar zoiets doe je
niet. Althans niet bij ons in het dorp. Hier neem je gas terug of blijf je
zelfs staan. Uit eerbied voor de overledene.
Toen ik dat de eerste keer meemaakte,
was ik helemaal verbaasd. In de grote stad crossen de mensen naar het
uitvaartcentrum of het crematorium en komen nog net op tijd de zaal binnen.
Vlug-vlug. Even iemand tussendoor begraven. Nee, natuurlijk niet je eigen
naasten, maar voor buren of kennissen neem je daar niet meer tijd voor dan
strikt noodzakelijk is. Hier hebben ze alle tijd. Verzamelen in de kerk of
in het rouwcentrum, een dienst en dan samen lopen naar de begraafplaats.
Best een heel eind. Of verzamelen buiten bij het rouwcentrum en dan in een
grote stoet van auto's naar het crematorium in de stad. Niet over de
snelweg, maar langzaam via binnenweggetjes achter de rouwwagen aan. Ik vind
dat bijzonder. Ik vind het zelfs geweldig. Ik herinner me die keer dat er
hier feestweek was. Alle straten fleurig verlicht. Maar voor de rouwstoet
ging op die middag alle verlichting plat. Geen feest langs de rouwweg. En
iedereen vond het normaal.
Dus ik rem af en rij stapvoets mee en
kom veel te laat op het voetbalveld.
'Die zoon van jou kan het, hoor!' wordt
me meteen verteld. Het was 3-1 voor "ons" en hij had het eerste doelpunt
gemaakt. Jammer dat ik het gemist had, maar dat maakt hij nog ruimschoots
goed, want het eindigt in 5-2, waarvan hij er drie scoorde. Trots
rijd ik weer naar huis, maar als ik bijna bij mijn pad ben zie ik vier
statige mannen in het grijs met hoge hoed langzaam over de parallelweg
lopen. Ze hebben hun werk gedaan. De begrafenis is achter de rug, ze zijn
op weg naar hun eigen auto. Maar nog steeds geen vlug-vlug. Nog steeds met
eerbied. En daar heb ik groot respect voor.
25 februari 2008
Terug
|
|