Opgewekt stapte Thera Schut door de bijna
verlaten winkelstraat. Het was halfzes. De meeste straatverlichting
brandde al en in de etalages waren de lampen aan. Hoewel de wintertijd
pas volgende week in zou gaan, was het toch extra vroeg donker. Dat lag
natuurlijk aan het feit dat de zon zich de hele dag niet had laten zien.
Met haar rechterhand hield Thera de kraag van haar lange regenjas omhoog.
Ondanks dat, huiverde ze want de regen maakte haar nat en koud. Hoewel
ze helemaal geen herfsttype was en er zelfs elk jaar tegenop zag dat de
bladeren weer van de bomen vielen, was ze vandaag toch blij dat de
herfst al begonnen was. Want dat betekende dat het over zeven maanden
heerlijk voorjaar was, en het voorjaar was de beste tijd om te bevallen.
Ze glimlachte bij de gedachte. Het was nog
even wennen – ze had er zo lang op gehoopt, daarom was het moeilijk om
het te geloven en te bevatten – maar het was wel waar. De huisarts had
het die ochtend bevestigd. Ze was zwanger! Eigenlijk wist ze dat al. Ze
had bepaalde tekenen bij zichzelf gemerkt. Haar borsten voelden soms
gespannen aan en natuurlijk was haar menstruatie uitgebleven. Bovendien
hadden Jules en zij de avond ervoor samen de test gedaan die ze bij de
drogist gekocht had. Toch was de definitieve bevestiging van de huisarts
het echte moment waarop ze had zitten wachten. Ja. Jippie. Hoera! Ze was
in verwachting.
De dokter dacht dat ze anderhalve maand
onderweg was en dat kon heel goed kloppen. Ze was één keer niet
ongesteld geworden én Jules en zij waren een poosje geleden samen een
weekend weg geweest en dat was een heerlijk romantisch weekend geweest.
Ze haastte zich een warenhuis in en
schudde haar korte, zwarte haren. De regendruppels vlogen alle kanten
op. Ze liet haar kraag los en liet de warmte die van boven de grote
deuren naar beneden kwam, haar lichaam verwarmen. Het was misschien wel
dom geweest om juist met dit weer even de stad in te gaan, maar ze had
zo’n zin zichzelf te verwennen na haar bezoek aan de dokter die ochtend.
Natuurlijk had ze meteen een sms’je aan Jules gestuurd. Hij had best mee
gewild naar de huisarts, maar hij moest lesgeven en bovendien stelde het
bezoekje niets voor. Later, als ze naar de verloskundige ging, dan kon
hij nog vaak genoeg mee. Het hartje horen kloppen, de echo zien waarop
het kindje bewoog.
Thera was 34 en sinds vijf jaar met Jules
getrouwd. Ze had ook al vijf jaar lang geprobeerd zwanger te worden,
maar het was nog steeds niet gelukt. Thera had dat geweten aan hun wat
chaotische leven en aan het feit dat ze niet zo heel vaak vrijden, al
waren ze heel gelukkig met elkaar. Meestal was er de gelegenheid niet
voor. Maar nu was het gelukt! In dat heerlijke weekend in een hotel aan
zee was het spontaan gebeurd. Ze was zo blij. Zo intens blij en dankbaar.
Haar hartenwens werd toch vervuld. En nog wel zonder naar een
gynaecoloog te gaan, wat haar huisarts haar een halfjaar geleden
adviseerde. Vooral vanwege haar leeftijd. Als ze zo graag zwanger wilde
worden, moest het wel vrij snel gebeuren, had hij gezegd. Maar ze had
nog geaarzeld. Waar begon ze aan als ze zich liet onderzoeken? Hoever
ging ze dan met die onderzoeken en eventuele bevruchtingen? Maar
plotseling waren alle beslissingen haar uit handen genomen. Ze was
zomaar vanzelf in verwachting geraakt.
Daarna wierp ze een snelle blik op haar
horloge. Vijf over halfzes al. De winkel zou zeker om zes uur sluiten.
Maar eerder op de dag was het ook niet gelukt. De tijd die ze bij de
dokter kwijt was geweest, had ze in de lunchpauze in moeten halen. Ze
mocht nog blij zijn dat ze het nu gered had om nog naar de stad te
rijden. Thera was directiesecretaresse bij een groot Amerikaans
technologisch bedrijf op het industrieterrein vlak buiten de stad. Dat
was een drukke baan. Vooral als de baas in het land was, zoals deze
week. Dan was er altijd extra veel te doen, omdat hij graag in zo weinig
mogelijk tijd zo veel mogelijk afspraken wilde afhandelen. En die
afspraken moest zij maken en regelen en in de gaten houden.
Ze liep snel door naar de
parfumerieafdeling. Ze was gek op heerlijke geurtjes en kocht geregeld
een nieuw merk, maar meestal niet al te duur. Vandaag echter wilde ze
een heel duur, exclusief parfum kopen. Om zichzelf te feliciteren met
haar zwangerschap.
Jules kende haar inmiddels door en door en
had als reactie op haar sms’je geschreven: koop iets lekkers voor
jezelf, ik betaal. En dat zou ze dus doen ook. Ze wreef wat
regendruppels van haar wang en bleef plotseling stokstijf staan. Daar
stond een rek met allemaal babykleertjes. Zo klein, zo schattig! Ze stak
aarzelend haar hand uit. Zou haar kindje zoiets kunnen dragen als het
geboren was? Waren baby’tjes echt maar zo klein in het begin? Wat
voelden de kleertjes zacht aan en wat waren het een lieve, vrolijke
kleurtjes. Niet meer dat zachte roze en blauw van vroeger, maar
opgewekte, zonnige kleuren. Ze pakte een knalrood luierhemdje van het
rek en streek er met haar hand over.
‘Leuk rompertje, hè?’ vroeg een
verkoopster die vanuit het niets verschenen leek te zijn.
‘Eh, ja...’ Thera keek haar met grote,
ogen geschrokken aan. Wat was er aan de hand? Waarom kwam die vrouw op
haar af? Waarom klopte haar hart opeens zo vreselijk snel en kleurden
haar wangen? Ze voelde de spanning door haar lichaam razen. Wat gebeurde
er? Ze hing het snel weer terug. ‘Jullie sluiten zeker om zes uur?’
‘Inderdaad.’
‘Dan moet ik opschieten. Dat babyspul kan
nog lang genoeg. Ik ben pas twee anderhalve maand.’ Ze maakte dat ze
wegkwam. Ze voelde zich betrapt. Alsof ze iets gedaan had wat niet mocht.
Alsof ze schuldig was. Maar waarom en waaraan?
Bij de parfumerieafdeling stond ze even
stil om zich heen te kijken en kwam ze weer op adem. Haar hart kalmeerde
en waarschijnlijk zagen haar wangen er inmiddels weer gewoon roze uit.
‘Kan ik u helpen?’ vroeg een vriendelijke
verkoopster.
Thera knikte. ‘Ik zoek iets speciaals.
Iets bloemigs, zomers. Al is het herfst.’
‘Dat kan. Wat mag het ongeveer kosten?’
Maar de aanschaf van het dure flesje
parfum gaf Thera niet de bevrediging die ze ervan verwacht had. Ze was
behoorlijk overstuur toen ze thuiskwam en bovenal erg blij dat Jules er
niet was, zodat ze alle tijd had om tot zichzelf te komen en uit te
zoeken wat er met haar aan de hand was.
***
Midden in de nacht werd Thera wakker,
doordat er een koele, frisse hand over haar naakte rug gleed, die
uiteindelijk stil bleef liggen op haar buik.
‘Hm,’ mompelde ze bijna onhoorbaar, ‘je
bent er weer?’
‘Nee, ik ben de buurman,’ zei Jules
fluisterend om Thera niet al te wakker te maken. ‘Slaap maar lekker
door,’ zei hij dan ook.
‘Ging het goed?’ mompelde ze.
‘Ja, geweldig! Veel publiek en heerlijk
gegeten. Ik vertel morgen wel meer.’ Hij trok haar lichaam zacht tegen
zich aan, zodat ze als theelepeltjes in het grote bed lagen. ‘Je ruikt
trouwens heerlijk,’ zei hij nog voor hij zijn ogen sloot. Zijn hand lag
nog op haar buik. ‘Jullie ruiken heerlijk,’ zei hij opeens. Zijn hoofd
schoot tien centimeter omhoog. ‘O, schat, wat een geweldig nieuws was
dat vanmorgen!’
Nu gingen haar ogen wijd open en was ze
toch een moment klaarwakker. Ze draaide haar hoofd in een poging hem aan
te kijken. ‘Ja, echt geweldig,’ zei ze met een grote glimlach. ‘Ik ben
zo gelukkig.’
‘Anders ik wel,’ vond Jules, die net zoals
zij naar een zwangerschap verlangd had. ‘We zijn echte geluksvogels,
besef je dat wel?’
‘Elke dag,’ zei ze glimlachend en legde
haar hoofd weer op het kussen.
‘We hebben al alles wat we ons wensen
kunnen,’ ging hij toch nog even door. ‘Elkaar, dit heerlijke huis, geld
genoeg om van te leven. En nu ook nog een kind.’ Hij drukte een kus op
haar naakte schouder. ‘Slaap lekker, meisje. Voor je ’t weet, loopt je
wekker weer af.’
Dat was maar al te waar, want Thera had in
de gauwigheid gezien dat het al vier uur in de ochtend was. Haar wekker
liep altijd om halfzeven af. Veel tijd om te slapen had ze dus niet meer.
En wanneer hij haar morgen de details van vanavond moest vertellen, wist
ze ook niet. Hij zou ongetwijfeld nog slapen als zij wakker werd en
opstond. Ze zouden vermoedelijk geen woord met elkaar wisselen voor zij
naar haar werk ging. En de avond erop moest hij alweer bijtijds weg,
zodat ze hem waarschijnlijk ook dan niet zou zien. Maar ’t gaf niet, kon
ze nog net denken voor ze weer in slaap viel. Ze hielden van elkaar en
dat was voldoende om gelukkig te zijn. Zelfs al zagen ze elkaar soms
veel te weinig.
Ze kreeg overigens gelijk, bleek de
volgende ochtend. Jules sliep als een os, terwijl zij opstond en zich
klaarmaakte voor de nieuwe dag. Ze bleef even naar haar man staan kijken.
Ook hij had kort, zwart haar en bruine ogen, net als zij. Maar hij was
langer en slanker dan zij. Zijn linkerhand lag op haar lege kussen.
Alsof hij net nog naar haar gezocht had. Ze voelde altijd kriebels van
genot in zich opkomen als ze zijn handen zag. Hij had de mooiste handen
van iedereen. Lange, slanke vingers, die er tegelijk teder en sterk
uitzagen. Ze hield van die vingers. Waarschijnlijk waren ze ook het
eerste aan hem geweest dat haar opgevallen was en waarvoor ze gevallen
was. De gedachte dat hij haar zou aanraken met die handen, die strelende
vingers, had haar meteen bij de eerste aanblik al gek gemaakt en ze had
gelijk had. Het was ongelooflijk heerlijk om door hem aangeraakt te
worden. Nog elke keer opnieuw waren zijn handen en vingers een
verrassing op haar lichaam en elke keer dat ze ze zag, voelde ze de
opwinding door zich heen glijden.
Pianovingers had hij. Prachtige lange,
slanke en gespierde vingers. En dat was niet gek natuurlijk. Hij was
immers pianist. Concertpianist. Hij speelde zijn hele leven al piano en
zou dat zo lang hij het kon, blijven doen ook. De piano was zijn leven.
Maar daar hoorde zij ook toe. En straks hun kindje. Ze boog zich naar
hem over, drukte een zachte, liefdevolle kus op zijn lippen en verliet
de kamer. Nee, ze zou hem niet wakker maken. Hij had ook zijn slaap
nodig, zeker vandaag met alweer een concert voor de boeg.
In de huiskamer bleef ze even staan bij de
grote vleugel die de meeste ruimte in beslag nam. In gedachten zag ze
zijn handen op de toetsen liggen en ze voelde hoe haar hart een
sprongetje van vreugde maakte. Wat had ze die eerste keer dat ze hem zag,
gewenst dat zíj de piano was. Hij trad op in een chic restaurant, waar
zij, Thera, samen met haar baas en een paar grote klanten uit eten was.
Ze kon haar ogen niet meer van Jules’ handen afhouden en moest
voortdurend door de baas bij het gesprek gehaald worden. ‘Concentreer je
eens op onze gasten,’ had hij gemopperd. Thera had een rood hoofd
gekregen, maar desondanks was ze naar de pianist blijven kijken. Ze kon
er niets aan doen. Ze wilde maar één ding: zijn piano zijn. Toen hij
aangaf een korte pauze te nemen, maakte ze ogenblikkelijk van de
gelegenheid gebruik. ‘Even een verzoeknummer aanvragen,’ gaf ze als
smoes op aan haar baas en haastte zich overeind, weg van hun tafel. Het
lag haar op de lippen om te zeggen dat ze jaloers was op de piano, maar
ze wist direct dat hij dat dagelijks te horen kreeg. Want welke vrouw
wilde er nu niet net zo aangeraakt worden door die fantastische vingers
als de zwarte en witte toetsen? Nee, ze moest origineler uit de bus
komen, wilde ze zijn aandacht vangen. Maar hoe was je dat bij iemand die
de sterren van de hemel speelde? Bij hem viel ze immers volkomen in het
niet?! Hij kon je in het hart raken met zijn muziek. Hij kon je
meevoeren naar hoger sferen. Daartoe was zij niet in staat. Thera was
totaal niet muzikaal en had nog nooit een instrument bespeeld.
Hij keek haar vragend aan toen ze bij hem
gekomen was en plotseling flapte ze er iets uit, wat ze helemaal niet
van tevoren bedacht had. ‘Ik heb een wens gedaan,’ zei ze enigszins
geheimzinnig.
‘Wat bedoel je? Moet ik een verzoeknummer
voor je spelen?’
Ze schudde haar hoofd.
Hij fronste zijn wenkbrauwen. ‘Wat dan?’
Hij wees naar de stoel tegenover zich en
Thera ging op het puntje ervan zitten. ‘Je speelde de sterren van de
hemel en als je een ster ziet vallen, mag je een wens doen. Dat heb ik
gedaan.’
‘O?’ Hij keek haar verbaasd aan, maar
begreep haar toen. Het was een verkapt compliment. ‘En wat heb je
gewenst?’
‘Jij bent grappig,’ zei ze. ‘Als ik je dat
vertel, komt het niet uit. Nee, dat zeg ik niet. Ik wilde je het alleen
maar even laten weten.’ Ze stond op, keek hem nog even aan en liep toen
terug naar haar eigen tafel, waar de baas haar een geïrriteerde blik
toewierp.
Maar bij het weggaan, kwam de ober op haar
af en stak haar een bierviltje toe met een telefoonnummer erop en de
naam Jules van Maanen. Ja, dacht ze blij. Ja, het is gelukt! Hij wil
contact. Mijn wens gaat in vervulling.
De baas had haar de volgende dag op het
matje geroepen. ‘Als ik je meeneem naar zo’n duur restaurant wil ik ook
dat je je met de gasten bemoeit.’ Thera kon er nu nog om lachen. Hoe
boos hij ook was, het kon haar niet deren. Zij had die nacht nog een
lang telefoongesprek met Jules gehad én een afspraak gemaakt om elkaar
te ontmoeten. Maar als ze niet weer op het matje geroepen wilde worden,
moest ze nu opschieten. De klok tikte door, ook als ze stond te
dagdromen.
In de keuken smeerde ze snel twee
boterhammen die ze belegde met kaas en naar binnen werkte terwijl ze
haar spulletjes bij elkaar zocht en haar jas aantrok. Op het plankje
onder de spiegel in de hal zag ze haar nieuwe flesje parfum staan. Ze
huiverde en schudde haar hoofd. Nee, niet meer aan denken. Niet
terugdenken aan wat er in het warenhuis gebeurd was. Dat was een schim
uit het verleden geweest, die heel even de hoek om was komen zetten,
maar dat zou niet weer gebeuren! In een opwelling greep ze het flesje
beet, stopte het in haar jaszak en liep hun appartement uit. Beneden
aangekomen stapte ze op de grote container af die daar altijd stond en
gooide het flesje weg. Ze wilde niet meer herinnerd worden aan dat rare
gevoel in het warenhuis. Dat kwam uit het verleden en daar moest het
blijven ook.
***
De dokter had geadviseerd een afspraak met
een verloskundige te maken voor als Thera twee maanden zwanger was. Niet
ver van het flatgebouw, waarin Jules en Thera een appartement op de
bovenste verdieping gekocht hadden, zat een moderne praktijk, waar drie
verloskundigen aan verbonden waren. Ze hadden de modernste apparatuur en
voerden de meeste onderzoekjes zelf uit, zodat je als zwangere vrouw
niet ook nog doorgestuurd werd naar het ziekenhuis voor bijvoorbeeld een
bloedonderzoek.
Daar dit de eerste controle zou zijn, had
Thera het advies meegekregen haar partner mee te nemen. ‘Dit wordt een
uitgebreid onderzoek met veel voorlichting, dat is voor hem vast ook van
belang.’
Zo kwam het dat Jules en Thera samen op
een maandagmorgen in alle vroegte en hand in hand door de straten liepen.
Thera’s baas was weer teruggevlogen naar Amerika. Hij zou het niet
merken als ze een halfuur te laat kwam en Jules had zo vroeg op de
ochtend nooit een pianoleerling. De tijd was dus aan hen.
Bij het gebouw stak Jules zijn hand uit om
de deur open te duwen, maar hij bedacht zich en trok Thera tegen zich
aan. ‘Ben je ook zo gelukkig?’ vroeg hij met fonkelende ogen, die hij
dicht bij de hare bracht.
‘Ja,’ fluisterde ze nog net voor ze zijn
lippen op de hare voelde.
‘Dat wordt duidelijk een liefdesbaby,’ zei
een stem achter hen.
Ze keken lachend om en knikten tegen een
vrouw van rond de vijftig, die duidelijk ook naar binnen wilde.
‘Daar kan ik zo van genieten,’ zei de
vrouw. Ze keek Thera aan. ‘Je bent toevallig toch niet Thera Schut?’
‘Ja, dat ben ik wel,’ was de verbaasde
reactie.
‘Dan zijn jullie mijn patiënten. Ik ben
Lonneke.’ Ze stak haar hand naar hen uit. ‘Loop maar meteen mee.’ Ze
ging hen enthousiast voor het moderne gebouw in. ‘Goedemorgen,’ riep ze
vrolijk tegen het meisje achter de balie. ‘Ik neem mijn patiënten zelf
mee naar mijn kamer.’ Lonneke liep op de lift af. ‘Ik zit op de derde
verdieping. Natuurlijk is de trap beter, maar dat moet je zelf maar
beoordelen als je de volgende keer weer komt. Ik wil je alleen maar
laten zien dat we ook een lift hebben.’ Ze drukte op het knopje en
wachtte geduldig. ‘Is dit je eerste zwangerschap?’ vroeg ze, terwijl ze
Thera bekeek.
‘Ja, het ging niet eerder. Ik had het
graag gewild, maar daarover wil ik het niet meer hebben.’ Thera lachte.
‘Wat geweest is, is geweest. Ik ben nu zwanger!’
‘Zo is het, maar ik wil daar toch wat
vragen over stellen als we boven zijn.’
Lonneke had een ruime kamer, waar veel
licht naar binnen viel. Ze stelde allerlei vragen over het leven van
Jules en Thera, over Thera’s lichamelijke verleden, over ziektes in de
families, over miskramen of doodgeboren kindjes in de familie.
Ondertussen maakte ze overal aantekeningen van. ‘Het ziet er gezond uit
in jullie familie,’ knikte ze verheugd. ‘Mooi, dat is altijd een fijn
begin van een zwangerschap.’
‘Gaan we naar het hartje luisteren?’ vroeg
Jules gespannen.
‘Nee, vandaag nog niet. Dat is nog niet te
horen. Ik ga wel een echo maken, de termijnecho. Om te bepalen wanneer
je uitgeteld bent en om zeker te weten of je er een krijgt of meer.’
‘Wat?’ Jules keek haar overrompeld aan.
‘Meer?’
Lonneke grijnsde en kwam overeind. ‘Maar
eerst even de bloeddruk opmeten.’ Ze luisterde geconcentreerd naar de
bloeddrukmeter en glimlachte. ‘Prima. Houden zo. Ik neem zo ook even wat
bloed af. Dat is standaard, om te zien hoe het met eiwit en suiker staat.’
Ze noteerde de bloeddruk in Thera’s dossier. ‘Misschien kun je je buik
vrijmaken en op de onderzoekbank gaan liggen? Ik ga even kijken hoever
je bent. Ik wil met nadruk zeggen, Thera, dat je me van alles op de
hoogte moet brengen. Ik ken je niet, weet niets van je verleden. Ik wil
dat je het me zelf vertelt. Loop maar mee.’ Lonneke pakte Thera bij een
elleboog en bracht haar naar de onderzoekkamer. Daar voegde ze zachtjes
toe: ‘Eventueel kom je volgende week een keer extra als er iets is
waarvan je liever hebt dat Jules het niet weet en wat ik toch moet weten.
Doen, hoor. Het is belangrijk dat ik alles weet om je zo goed mogelijk
te kunnen helpen.’ Ze keek Thera indringend aan, maar die begreep niet
waar Lonneke op doelde.
‘Er is niets te zeggen,’ zei ze.
‘Bovendien mag Jules alles weten.’ Tegelijk wist ze dat dit gelogen was.
Er was iets in haar verleden, dat hij niet wist en ook niet weten mocht.
Maar wat had dat met een baby te maken? Waarom zou een verloskundige dat
moeten weten?
‘Dat is mooi.’ Lonneke hielp Thera op het
bed, hielp haar benen er ook op en bevoelde haar blote buik. ‘Acht weken,
schat ik. Kan dat kloppen?’
‘Helemaal,’ zei Thera.
‘Mooi, dan houden we het daarop. Jules,
kom je ook?’ riep Lonneke naar de spreekkamer.
Jules vloog overeind alsof hij door een
wesp gestoken was.
‘Ga maar naast haar zitten en houd je ogen
gericht op het scherm, want daar komt zo jullie kindje in beeld. Stel je
er niet veel van voor, hoor. Het kindje is nu zo’n vijf centimeter groot,
maar als het goed is, zit alles er al op en aan. Kijk, dit is het hartje.
Je ziet het kloppen. Zie je?’
Jules gaf geen antwoord. Hij kneep Thera’s
hand zo fijn, dat ze uiteindelijk piepend van de pijn vroeg of hij haar
los wilde laten. Tranen stroomden over zijn wangen. ‘Is dat mijn kindje?
Ons kindje?’
‘Ja!’ zei Lonneke opgewekt. Ze vond het
leuk wanneer mannen geëmotioneerd raakten. De meeste mannen wilden dat
niet laten zien. Die schaamden zich ervoor tranen te hebben. Jules niet.
En daar genoot Lonneke weer van. ‘Zo te zien is het een compleet en
gezond kindje. Dit is het hoofdje en zie je de armpjes en beentjes?’
Lonneke wees alles op het scherm aan. ‘Ik zal hier een afdruk van maken,
dan hebben jullie je eerste foto.’ Ze drukte op een knopje en liep de
onderzoekkamer uit. ‘Kleed je maar weer aan, Thera.’
Achter haar bureau bladerde Lonneke in een
agenda. ’24 mei, doe je het daarvoor?’
Thera knikte. ‘Mij best. Voor zover ik
begrepen heb, komen kindjes toch nooit op de vastgestelde datum.’ Ze
lachte.
‘Dat klopt, ja, maar we hebben iets nodig
om ons aan vast te houden. In jouw geval noteer ik dus 24 mei. Ben je
trouwens nog steeds misselijk?’
‘Ik ben helemaal niet misselijk geweest!’
riep Thera uit.
‘Bofferd!’ zei Lonneke lachend. ‘Hebben
jullie nog vragen?’
Ze schudden beiden hun hoofd.
‘Oké, hier heb ik wat folders en papieren
over kraamzorg en andere zaken. Neem ze thuis eens op je gemak door.
Mochten er toch vragen zijn, dan kun je altijd bellen. De dame achter de
receptie weet er ook veel van. Ik bedoel: ik ben lang niet altijd
bereikbaar, dan kun je haar je vraag ook stellen. Roken en alcohol zijn
erg schadelijk voor het kindje, zelfs één glas wijn kan al te veel zijn.
Zeker in het begin van de zwangerschap. Ik hoop dat het je lukt beide
dingen te laten staan.’
‘Ik rook niet, maar rode wijn vind ik wel
lekker.’
‘Niet doen, ook niet een half glaasje.
Wacht...’ Lonneke kwam overeind en liep op een standaard af met
verschillende folders. Ze haalde er een uit en stak die Thera toe. ‘Lees
deze maar, dat helpt je om niet te drinken, want hierin staan alle
gevolgen op een rijtje.’
Thera kwam ook overeind en nam de folder
aan, maar Lonneke nam snel weer plaats en keek in het dossier. ‘Eens
kijken... Ik zie je graag over exact vijf weken terug. Wil je een
afspraak maken bij de balie?’
‘Dan pas?’ zei Thera verward.
‘Ja, alles is goed. Waarom zou ik je
eerder bekijken? Of maak jij je zorgen?’
‘Nou nee, ik dacht... Vijf weken...’
‘Luister, Thera, als er maar íéts is, moet
je me meteen bellen. Je moet nooit ergens mee rond blijven lopen. Zoals
het er echter nu uitziet, is er geen enkele reden om je eerder te
bekijken. Als jij goed voor jezelf zorgt, groeit de baby lekker door en
is vijf weken een prima termijn.’ Lonneke stond op, liep op de printer
af en pakte de afbeelding van de echo. ‘Alsjeblieft, een foto van jullie
kindje,’ zei ze. ‘Geniet van de zwangerschap en tot ziens.’
‘Vind jij het ook niet vreemd,’ vroeg
Thera toen ze even later weer hand in hand met Jules door de straten
liep, ‘dat ik pas over vijf weken hoef terug te komen?’
‘Wat had jij dan gedacht? Een zwangerschap
is een hele gezonde aangelegenheid, hoor.’
‘Hm... Nou, ik dacht misschien wel elke
dag. Er gebeurt nogal wat met je!’
‘Elke dag?’ Jules schoot in de lach. De
postbode, die juist een paar brieven in een brievenbus wilde stoppen,
hield in en keek om naar de reden van deze schaterlach.
‘En jij wilt zo naar je werk?’ vroeg Jules
met pretogen. ‘Elke dag naar de verloskundige, maar wel gewoon werken.’
‘Hm.’
‘Wat hm?’ Jules drukte een kus op haar
mond.
De postbode liet de brievenbus extra hard
klepperen, maar Jules en Thera stoorden zich er niet aan. Zij kusten
elkaar vol overgave. Toch maakte Thera zich na een paar minuten los.
‘Juist, ja, werk,’ zei ze met een ondeugende twinkeling. ‘Je hebt gelijk.
Ik ga gewoon werken, want ik ben zo gezond als een vis. Dag schat!’ Ze
draaide zich om op haar hakken om naar haar auto te lopen die een paar
straten verderop geparkeerd stond. Bij de hoek stak ze haar hand naar
hem op en liep vervolgens snel door. Haar auto stond in een winkelstraat,
waar je van zaterdagavond tot maandagmorgen gratis kon parkeren, omdat
de meeste winkels maandagmorgen nog gesloten waren. Tot haar verrassing
zag ze dat de drogist al open was. Die kans kon ze niet voorbij laten
gaan. Misschien was er wel een lekker geurtje te koop. Trouwens, ze had
ook dringend nieuwe, blanke nagellak nodig. Ze stapte de winkel in en
werd tegengehouden. ‘We zijn eigenlijk gesloten, mevrouw. De deur staat
open in verband met een zending die er elk moment aan kan komen.’
‘Och, jammer, maar misschien kan ik nu
vast wat uitzoeken en het dan aan het eind van de dag als ik klaar ben
met werken komen betalen? Ik woon hier vlakbij, dus ik kom vanzelf weer
terug.’
‘Ik heb u wel vaker gezien, dus dat is
prima én handig, want onze kassa is nu inderdaad nog gesloten.’
Thera knikte en liep opgewekt de kleine
drogisterij door. Behalve nagellak pakte ze ook een zwarte mascara en
een felrode lippenstift. Ze had behoefte aan wat uitdagends. Ze vond een
lekker geurtje tegen een schappelijk prijsje en keek zoekend rond of er
nog meer van haar gading was. Opeens bleef haar blik hangen bij een
mandje met babyspulletjes. Ze greep een stukje babyzeep beet en hield
het onder haar neus. Hm, wat rook dat heerlijk. Zo anders dan haar eigen
stukken zeep. Dit rook zacht en warm en prikkelde haar moederinstinct.
De gedachte dat ze ooit een baby in haar armen zou dragen die geurde
naar deze zeep, maakte haar duizelig. Zonder ook maar ergens bij na te
denken, stopte ze het stuk in de zak van haar colbertje en liep ze door
naar de kassa bij de in- en uitgang. Daar legde ze de mascara, nagellak
en andere spulletjes neer. ‘Tot vanavond tegen zessen,’ riep ze en stak
haar hand op naar de verkoopster, die buiten op straat bezig was haar
handtekening op een papier te zetten als bewijs dat ze een pakket
ontvangen had.
‘Ik zie je!’ riep het meisje terug.
Thera haastte zich naar haar auto. Ze liet
zich achter het stuur vallen en haalde het stukje zeep met trillende
vingers tevoorschijn. Wat had ze gedaan? Dat was toch niet normaal? Ze
voelde de spanning door haar lichaam gaan, haar hart klopte sneller dan
gewoonlijk, maar toen haar neusvleugels de geur van de zeep waarnamen,
kon ze alleen maar met een gelukzalige glimlach op haar gezicht
achteroverleunen. |